Dorpskerk Bloemendaal - Ad van Nieuwpoort
Richteren 6
'Vertalen van verdriet', zo luidt het boek dat mijn bevriende collega Alex van Ligten schreef over zijn zoon Gideon en over de richter Gideon. Een aangrijpend boek waarin hij gewag maakt van zijn gedachten en bezigheden nadat zijn zoon zelf uit het leven stapte. Om zijn gedachten wat te ordenen gaat hij het boek Richteren uit het Hebreeuws vertalen. En met name de hoofdstukken waarin de naam Gideon voorkomt. 'Om er iets van een ritme in te houden, neem ik me voor om elke dag een paar verzen Hebreeuws te vertalen', zo schrijft hij. 'Zoals iemand kan vergaan van verdriet, of tranen vergiet van verdriet, ben ik gaan vertalen van verdriet'. En het aangrijpende van deze, zoals hij dat noemt, 'therapie' is dat ineens weer zo opvalt hoezeer dit boek Richteren dicht op de huid van ons aller leven zit. Op het eerste gezicht, wonderlijke verhalen waar je anno 2015 niet zoveel meer mee kunt. Maar bij nadere lezing merk je dat in die verhalen het steeds weer hartstochtelijk gaat over leven en overleven. Temidden van alle vragen en aanvechting. Temidden van dat leven dat wij allemaal wel kennen. Heel dichtbij of in elk geval van horen zeggen.
Het is het leven dat soms zo ineens helemaal kaalgevreten kan worden, als kwam er een zwerm sprinkhanen langs. Want zo zet ons verhaal in. Het volk van de belofte komt in de greep, in de vuist van Midjan. En Midjan is erop uit om dat volk leeg te zuigen. Elke keer als het zaad op het land wat vrucht draagt om te kunnen eten en te kunnen leven, dan komen ze om alles kaal te trekken. De kleine vruchten worden vertrapt. En wat overblijft is een vruchteloos leven. Een angstig leven in grotten en holen. Dat leven dat maar niet aan het licht komt, maar zich voortdurend moet verschuilen en ondergronds moet gaan om nog een klein beetje overeind te kunnen blijven.
En we zien die jongen Gideon met zijn vader bezig. Wat moet je als alles tegenzit? Als het meest dierbare je wordt ontnomen? Wat moet je dan? Daar staat hij die Gideon: in een wijnpers staat die wat tarwe uit te kloppen. U hoort het wel. Het is het scheefgetrokken leven dat hier wordt beschreven. Je moet wat. Ik hoor het met regelmaat. Als die dierbare is weggevallen is er ineens niks meer aan. Je zit in je eentje te eten. Vroeger kookte je. Maakte je er iets van. Stak je een kaarsje aan en schonk je er een glaasje wijn bij. Van die kostbare momenten samen. Maar alleen doe je het niet meer. Je zit met een AH magnetronmaaltijd voor de buis waar niks op is. Er is niks meer aan. Het leven is eruit. Zo voelt het althans. Wat een strijd kost het om dan weer een beetje op te staan. Je leven weer wat op te pakken. Daar staat die Gideon met die gekke wijnpers en tarwe. Ja, vroeger werd er nog wijn geperst. Maar die tijd is lang geleden. Het leven is slechts overleven, zo lijkt het. Ik hoor het nog een jonge vrouw zeggen van haar leven in en na een
burn out. En wanneer wordt overleven weer gewoon leven?
Plotseling klinkt er een stem. Totaal onverwacht. Een boodschapper klopt aan op dat 'overleef- leven' van Gideon. En spreekt hem aan als krachtige held. Echt pastoraal klinkt dat niet. Gideon voelt zich van alles en nog wat, maar geen krachtige held.
Ach mijn heer,
als JHWH met ons is,
waarom treft dan dit ons alles?
Waar zijn al zijn wonderen
die ons onze vaderen hebben verteld toen ze zeiden:
'Deed hij ons niet uit Egypte opgaan, JHWH?'
Maar nu: opgegeven heeft hij ons, JHWH!
Hij gaf ons in de vuist van Midjan!
Mooi verhaal, maar wat hebben we eraan? Nee niet bepaald het antwoord dat de PKN zou willen horen. 'Weinig articulatie van geloof'. Kom nou met dat mooie verhaal van je.
Kijk nou eens even wat ik sta te doen. Ik sta tarwe te kloppen in een wijnpers om nog wat eten te hebben. En als ik niet uitkijk dan komt Midjan en rooft ook nog eens mijn laatste tarwekorrels. Ga toch weg met je mooie uittochtverhaal. Dat is eigenlijk wat hij zegt. Niet bepaald een geloofsgetuigenis. Hij gelooft er eigenlijk helemaal niet meer in.
En dat is nou juist het aardige van de bijbel als je niet alleen maar de bekende teksten wilt lezen. Dat staat vaak veel dichter bij ons dan we denken. Er was een tijd dat je niet mocht twijfelen. Dat geloof was: zeker weten. Je niet van de wijs laten brengen. Maar hier hoor je een mens die in ons allemaal ook zit. Het is namelijk niet altijd geloof. Het is een gevecht. Een worsteling. Welk verhaal laat je de boventoon voeren? Waar doe je het mee? Laat je je onderbuik het laatste woord hebben. Ook als het gaat om de vluchtelingenproblematiek? Of probeer je verder te denken? Probeer je dat visioen handen en voeten te geven. Laten we eerlijk zijn: we zijn toch nooit elke dag vol vuur? Dat we het zien zitten? Soms zou ik ook wel eens willen dat ik makelaar was geworden.
Maar dan komt JHWH zelf om het hoekje kijken. Het moet toch niet gekker worden. Eerst die profeet, toen die boodschapper en nu JHWH zelf. Allemaal op bezoek bij die verarmde Gideon die niets meer in te brengen heeft. Je zou toch zeggen als een beetje recruiter: we gaan verderop. Wat heb je aan zo'n twijfelende figuur? Wat is dat voor leiderschapsprofiel? Zo'n scriba wil de PKN toch zeker niet. Maar het gekke is in de bijbel dat nu net de mensen waarvan wij zeggen: doen maar niet. Zoek iets anders. Dat van hen JHWH zegt: hé die konden we nog wel eens gebruiken. Hoort u? Gideon wordt niet afgestraft vanwege zijn ongeloof. Nee, sterker nog: JHWH zelf daalt af om hem te overtuigen. Dat is het vrolijk vreemde van de bijbel. En dat is geen chinees gemeente, dat is tale kanaaans. Nee, daar krijg je geen zalen mee vol. Dat is niet goed voor de kijkcijfers. Maar dat is wel kracht die in zwakheid eruit springt.
Ach, JHWH, waarméé zou ik Israël bevrijden?
Zie, mijn geslacht is het armste in Manasse,
en ikzelf ben de minste in het huis van mijn vader.
Gideon is nog niet overtuigd, zoveel is zeker. Maar dan spreekt JHWH dat woord dat hij ook tot Mozes en misschien vandaag ook wel tot ons:
Ik zal met je zijn
Zo simpel eigenlijk. Niet alleen, maar iemand die zegt met je te zijn. Juist in je twijfel en je aarzeling. Juist ook in dat overleven met dat plastic bakje op je schoot voor de buis. Ik zal met je zijn.
En dan gebeurt het. Dan staat er:
En de adem van JHWH omkleedde Gideon
Dat vind ik nou zo'n mooi zinnetje. Daar kan ik nou zo blij van worden. En daarom begonnen we ook al wat pinksterliedjes te zingen. Die adem die je af en toe zo kan aanvliegen. Zegt u het maar hoe het werkt. Maar het is van die adrenaline die ineens boven komt drijven en dat je het ineens weer ziet zitten. Dat je moed vat. Er zin in krijgt. Terwijl je juist op het meest kaalgeslagen moment van je leven zit: de troepen van Midjan en noem maar op, komen eraan. Je hoort ze al in de verte. Juist dan: adem. Kracht rondom de dagen van begrafenis. Moed terwijl je net hoorde dat je ziek bent. Geloof op momenten dat je normaal gesproken alles van plan zou zijn uit je handen te laten vallen. Adem: betekent vanaf de eerste bladzijde in de bijbel: leven. Je gaat van overleven over tot leven. Je krijgt het aangewaaid. En zo gebeurt dat bij Gideon. En ineens stoot hij op de ramshoorn en doet hij wat hij eigenlijk helemaal niet van plan was. Hij gaat ineens die verarmde troepen oproepen. Hij blijft niet zitten maar gaat de strijd aan. Het begint al. Wie zal er winnen?
Maar het lijkt alsof Gideon voor het
moment suprême nog één keer JHWH wil testen. Is het nu echt wel die God waarover onze vaderen spraken? Is hij het wel echt: die levengever? En dan krijgen we dat vreemde teken. Dat schapenwolletje dat op de dorsvloer ligt. Heeft de wet van de natuur nu het laatste woord of is het toch die mensengod? En we zien een droge dorsvloer. Weinige vruchtbare grond. Zeg maar gerust: de dood. En temidden daarvan dat schapenwolletje vol vocht. Vol leven. Hoe is het mogelijk? Een beeldend teken is het. Een hele schaal water komt eruit. Leven temidden van de dood. Is dat het? Gaan daar misschien wel die verhalen over? Over wat leven is? Echt leven? Is het yin yang ? Dood en leven symmetrisch? Licht aan de ene kant en duisternis aan de andere kant? Of heeft Genesis 1 gelijk: dat het licht de duisternis overwint. Het leven de dood? Mag ik het nog een keer proberen, vraagt Gideon? Hij lijkt die sjoemelaar Abraham wel. Nu andersom. Ik wil het echt weten. Ben jij anders dan de goden om me heen? Die vrolijk er zijn als er vruchten komen en de regen zich laat zien maar bij droogte en dood in geen velden of wegen te bekennen zijn? Ben jij er zo eentje? Of ben je echt anders? En JHWH heeft blijkbaar veel voor die twijfelaar over. Ok dan Gideon, daar gaan we nog een keer. Zie je het nu, soms even? En Gideon recht zijn rug. Niet omdat hij het nu zo geweldig gelooft, maar omdat iemand anders het vol houdt in hem te geloven. Het is zoiets als Freek de Jonge zingt in dat onvergetelijke liefdesliedje:
Jij (Daarom weet ik het ook)
Omdat jij wist dat ik het was
En niet je laatste minnaar
De knapste van de klas
Omdat je blozend voor me stond
Naïef en van de kook
Omdat jij smoorverliefd was
Daarom was ik het ook
Omdat jij bij me blijven wou
Ondanks mijn bot gedrag
Die vrijgezellendrift
Gepikt hebt elke dag
Omdat je maling aan de mensen had
Aan geroddel en gestook
Omdat jij zo graag trouwen wou
Daarom wou ik het ook
Omdat jij door bleef vechten
Op het randje van de dood
Het wrede, tedere leven
In je armen sloot
Omdat je onomwonden
Het huwelijksbed indook
Omdat jij zo graag kinderen wou
Daarom kreeg ik ze ook
Omdat jij leven kunt
Met mij, zoals ik ben
Omdat jij altijd anders bent
Dan ik denk dat ik jou ken
Omdat jij jouw heilig vuur
Niet verstikken laat in rook
Omdat jij weet wat liefde is
Daarom weet ik het ook
Amen